top of page

Alles over scheiden

Wijziging van partneralimentatie verlaging / verhoging

 

Normaliter kunt u op grond van een relevante wijziging van omstandigheden wijziging van partneralimentatie vragen.

 

Alleen indien een zogenaamd niet-wijzigingsbeding is afgesproken, is het vaak bijna onmogelijk om de partneralimentatie te wijzigen. Alleen in zeer bijzondere omstandigheden is dat anders.

Er zijn vele situaties denkbaar waarin de hoogte van de partneralimentatie gewijzigd kan worden:

  • Verandering in zorg- en opvoedingstaken voor de kinderen (je zorgt meer of minder voor de kinderen), waardoor de kinderalimentatie verandert.

  • De alimentatieplichtige gaat samenwonen. Het gevolg is dat de woonlasten voortaan gedeeld kunnen worden omdat de partner geacht wordt de helft van de woonlasten te kunnen betalen. Daardoor heeft de alimentatieplichtige meer draagkracht dan voorheen.

  • De alimentatiegerechtigde partner gaat samenwonen. In dit geval eindigt de partneralimentatie.

  • De alimentatieplichtige partner gaat trouwen. De betreffende ouder wordt dan ook stiefouder van de kinderen van de nieuwe partner. Indien de stiefkinderen in het gezin van de alimentatieplichtige wonen, moet de draagkracht van de betreffende ouder voortaan eerst gelijkelijk over alle kinderen van hem/haar en de ex-partner, maar ook over de stiefkinderen verdeeld worden. Daarna en alleen wanneer er dan nog draagkracht over is, wordt de partneralimentatie bepaald. Veelal heeft deze situatie tot gevolg dat de partneralimentatie omlaag gaat of zelfs verdwijnt.

  • Een van de beide ouders raakt werkloos of arbeidsongeschikt. Indien dat buiten schuld gebeurt, zal het nieuwe lagere inkomen uitgangspunt zijn. Vaak zal dat leiden tot een verandering in de hoogte van de partneralimentatie.

  • Het wegvallen van de gebruikelijke bonus of andere salariscomponenten.

  • Voor één van de kinderen hoeft geen kinderalimentatie betaald meer te worden. Dat betekent vaak dat er meer draagkracht overblijft. Veelal zal dan de partneralimentatie dan omhoog gaan.

  • De lasten van één van de ex-partners veranderen substantieel, dus met meer dan een paar tientjes. De partneralimentatie kan in hoogte gewijzigd worden.

  • De verminderde aftrek van partneralimentatie. De aftrek van partneralimentatie in de inkomstenbelasting gaat enorm omlaag van bijna 51,75% (in 2019) via 46% (in 2020), 43% (in 2021) en 40% (in 2022), uiteindelijk nog maar 37% in 2023. Nu bij de vaststelling van partneralimentatie rekening is gehouden met de aftrek, is de partneralimentatie die op basis van hetzelfde inkomen betaald kan worden veel lager.Voorbeeld: Jeroen betaalt in 2019 een partneralimentatie van bruto 2000 euro per maand. In 2019 (er is dan 51,75% belastingaftrek) krijgt Jeroen (2000 x 0,5175=) 1035 euro van de belastingdienst terug aan inkomstenbelasting. De door hem betaalde partneralimentatie kost hem dus (bruto betaald 2000 – terugontvangen 1035 =) 965 euro netto. In 2023 (belastingaftrek is dan nog maar 37%) krijgt Jeroen nog maar (2000 x 0,37=) 740 netto terug van de belastingdienst. De partneralimentatie kost hem in dat jaar (2000-740=)1260 euro netto. Dat is bijna 300 euro netto meer.In dit geval zal de alimentatie in 2023 ingrijpend omlaag gaan naar een brutobedrag dat overeenkomt met 965 euro netto. Dat zal in 2023 neerkomen op een partneralimentatie van circa 1550 euro bruto. Dat is dus 450 euro bruto minder dan in 2019, nog afgezien van de indexering die bijna altijd wordt toegepast.
     

Een andere reden om de partneralimentatie te herzien, is gelegen in de reden dat de alimentatie vanaf aanvang niet heeft beantwoord aan de wettelijke maatstaven. Dat houdt in dat ofwel 

  1. de alimentatie in eerste instantie niet berekend is, waardoor partijen in meerdere of mindere mate onbewust (van hun juridische rechten en plichten) afspraken met elkaar hebben gemaakt
    of 

  2. er eerder wel een berekening is gemaakt, maar daarin aanzienlijke fouten zijn gemaakt of foute uitgangspunten zijn genomen.

bottom of page